“Opleiden maakt ons onderscheidend op de arbeidsmarkt”
Hightech-bedrijf Adimec investeert permanent in de ontwikkeling van de eigen medewerkers en maakt daarbij veelvuldig gebruik van de dienstverlening van A+O. Waarom doet het bedrijf dit? Allereerst om voortdurend te kunnen innoveren in een competitieve markt. Maar óók om zoveel mogelijk personeel vast te kunnen houden. “We vissen in een vijver waar ook veel andere bedrijven in vissen.”
“Wij ontwikkelen en produceren hightech camera’s, die bijvoorbeeld in een productielijn voor smartphones zitten. Onze camera’s inspecteren de kwaliteit van de beeldschermen van die telefoons, terwijl ze op de lopende band voorbijkomen”, legt HR-manager Vincent Bakers uit. “Maar we maken ook camera’s voor medische toepassingen, zoals röntgenapparaten. En tot slot maken we camera’s voor Global security toepassingen, zoals in de gimbal onder een helikopter.”
Volop investeren in medewerkers
Het bedrijf heeft 180 werknemers in Eindhoven en ongeveer 20 in het buitenland verdeeld over zeven locaties, vertelt Bakers. “De arbeidsmarkt voor hoog opgeleid technisch personeel is enorm krap. We vissen in dezelfde vijver als bijvoorbeeld ASML, VDL en NTS. Dus is het ontzettend belangrijk dat we onze huidige werknemers vasthouden. Wij zijn ervan overtuigd dat als mensen Adimec als een prettige werkomgeving beschouwen, ze niet snel voor een ander bedrijf kiezen. En daar hoort opleiden en ontwikkelen als vanzelfsprekend bij.” Een tweede reden om volop te investeren in medewerkers, is volgens Bakers de voortdurende noodzaak van innovatie. “Wij hebben een ‘business innovation office’ binnen Adimec. Die afdeling houdt in de gaten wat de markttrends zijn en behoeftes bij klanten. We gaan uit van onze eigen kracht en eigen innovatie gedreven ontwikkeling.”
Veel gebruik van A+O-aanbod
“Bedrijven zijn soms terughoudend met het opleiden van hun personeel”, vervolgt Bakers. “Met het argument dat ze dan ‘opleiden voor de buurman’. Maar zo zien wij het niet. Wij hebben zelden een opleidingsaanvraag geweigerd. Door onze medewerkers ontwikkelmogelijkheden te bieden, onderscheiden we ons juist op de arbeidsmarkt. En dat zorgt ervoor dat er weinig personeelsverloop is en wij een aantrekkelijke werkgever voor nieuwe medewerkers zijn.”
“Wij hebben zelden een opleidingsaanvraag geweigerd”
Adimec heeft de afgelopen jaren veel gebruik gemaakt van het A+O-aanbod. Zo volgden achttien werknemers de A+O-training ‘intercultureel begeleiden’, vertelt R&D Groupleader Nino Der Kinderen. “Adimec heeft business offices in landen als Japan, China, de Verenigde Staten, Singapore en Zuid-Korea. In deze training leer je hoe je op een goede manier kunt samenwerken met collega’s vanuit verschillende culturele achtergronden. Een collega uit Japan zal in een vergadering niet zo snel een kritische vraag stellen. Hoe zorg je er dan voor dat iemand die vraag wél stelt? De training is overigens niet alleen belangrijk voor meer begrip tussen medewerkers onderling, maar het is tevens nuttig voor een betere omgang met klanten wereldwijd.”
Werkdruk aandachtspunt
Ook heeft Adimec voor het hele personeel via A+O kosteloos een persoonlijke inzetbaarheidsscan laten doen, vertelt Bakers. “Op basis van die scan krijgt iedereen een persoonlijk advies over wat er nodig is om duurzaam inzetbaar te blijven. In de productie ging dat bijvoorbeeld over de ergonomie van het meubilair. Andere medewerkers kregen het advies om te investeren in een gezondere leefstijl. Daarnaast is er een rapport uitgebracht over het bedrijf als geheel. De werkdrukbeleving bleek een rode draad te zijn. Daar hebben we de laatste jaren actief beleid op gevoerd.”
Praktijkopleiders cruciaal in begeleiding van collega’s
“Door A+O-vergoedingen heeft Adimec bovendien zijn praktijkopleiders kunnen scholen”, zegt Der Kinderen. “In deze training leren praktijkopleiders hoe je collega’s beter kunt begeleiden bij hun ontwikkeling. Een hoogopgeleid persoon vraagt namelijk een andere aanpak dan iemand die praktisch werk doet. En ook tussen generaties zijn er verschillen: ouderen zijn misschien wat terughoudender om een opleiding te doen. Hoe ga je als praktijkopleider daarmee om, zodat iedereen toch dezelfde ontwikkelkansen krijgt? Dat stond centraal in deze training.”