‘Ik zie: spanning voor nieuwe dingen is achteraf vaak niet nodig’

‘Al op 9-jarige leeftijd deed ik de administratie: hoeveel biggen zijn gevoerd, hoeveel gespeend? Op mijn vwo-examen haalde ik een 9,6 voor wiskunde B. Een rekenwonder. Na mijn bachelor Bedrijfskunde deed ik twee masters: Business Administration én Psychologie, omdat ik naast cijfers ook mensen interessant vind. Tijdens mijn studies werkte ik 32 uur per week als teammanager in een supermarkt. Uiteindelijk was ik verantwoordelijk voor een team van zeven teamleiders en honderd medewerkers. Superleerzaam!’

‘Als 21-jarige begon ik als stagiair bij Marel, waar ik in de praktijk veel leerde. In het begin vond ik bijvoorbeeld online meetings in het Engels heel eng. Ik bereidde ze in detail voor. Inmiddels bel ik in zonder nadenken. Achteraf blijkt die spanning voor nieuwe dingen vaak onnodig.’

‘Na mijn stage kwam ik in dienst als change manager. Ik begeleid mensen door grote organisatieveranderingen. Stap één is mensen de verandering zelf en het waarom ervan goed uitleggen. Daarna onderzoeken we in workshops samen eventuele weerstand: waar zie jij tegenop? De kunst is de angel eruit te halen door te zoeken naar oplossingen. Wat kan jij zelf doen? En wat Marel? Vaak is het al een eyeopener dat elke collega anders naar dezelfde organisatieverandering kijkt. Veel mensen denken: een verandering overkomt me. Mijn boodschap is: hoe meer je zélf regie pakt en input geeft, hoe succesvoller de verandering. Voor jezelf én voor de organisatie.’

‘Daarnaast ben ik programmamanager van Samen Sterk. Dit staat voor gezondheid, veiligheid, ontwikkeling en balans van mijn collega’s. Iedereen bij Marel krijgt acht duurzame-inzetbaarheidsuren. Deze kun je naar eigen inzicht gebruiken om fit en met plezier aan het werk te blijven.’

‘Wat ik zelf doe aan vitaliteit? Ik werkte veel over. Mijn leidinggevende zei: “Nikki, je kunt aan deze functie 60 of 80 uur besteden, maar ook 40. Kijk waar jij het grootste verschil maakt.” Ik heb geleerd te delegeren. Privé eet ik gezonder, ga regelmatig naar de sportschool en doe gezellige dingen met vrienden en familie.’

‘Of ik de boerderij ooit wil overnemen? Tegen mijn ouders zei ik: “Ik wil jullie altijd helpen, maar het is niet mijn passie.” Mijn werkgeluk geef ik een 8,5. In de toekomst wil ik weer leidinggeven aan een team: mensen en cijfers verbinden.’